•• OPDAT WIJ NIET VERGETEN. ••

contact

voorbereiding & Verzorging

 

Trainen

Het is niet onverstandig om te oefenen voor je aan een van de langere routes van de Exodustocht begint. Trainen hoort daarbij. Ongetraind 44,5 km lopen is niet aan te raden. We adviseren je om minimaal de dubbele afstand van de wandeltocht te hebben gelopen voordat je start aan de Exodus Wandeltocht

 

Blaren

Een veelvoorkomend probleem bij wandelen zijn blaren. Blaren geven aan waar de huid nog niet sterk genoeg is. De meeste blaren kunnen worden doorgeprikt. Klik hier voor een instructie van het Rode Kruis.

Soms voel je dat de blaren er aan gaan komen, maar kun je ze nog niet behandelen. Wacht dan tot enkele uren na de tocht.

Wanneer je een bloedblaar oploopt, moet je er zelf vanaf blijven en je laten behandelen door een gediplomeerd EHBO-er.

Veel vervelender dan blaren zijn kapotgelopen voeten. Dan is er sprake van echte wonden. Dit moet je proberen te voorkomen! Het is pijnlijk en maakt het lopen zeer moeilijk of zelfs onmogelijk. Voorkom daarom ook dat blaren openscheuren, want dan heb je in feite ook een wond.

 

Afplakken

Sommige mensen zweren bij het vooraf dakpansgewijs afplakken van de hiel, tenen of de hele voet met pleisters. Je creëert als het ware een extra laag over de huid. Wanneer je geen ervaring hebt met afplakken dan kun je dit het beste laten doen door deskundigen om te voorkomen dat de bloedcirculatie wordt verstoord. Verstoorde bloedcirculatie is herkenbaar aan blauwe voeten en is zeer gevaarlijk.

 

Voeten harden

De huid van de voeten kun je harden door iedere dag enkele minuten een koud voetenbad te nemen. Inwrijven met kamferspiritus helpt ook. Dit moet je natuurlijk wel een aantal weken volhouden.

Een ander probaat middel tegen blaarvorming is het insmeren van de voet met een speciale vaseline of skinlube, verkrijgbaar bij de drogist. Je voorkomt daarmee wrijving en dus blaarvorming. Goed de tenen, hak en andere kwetsbare plaatsen invetten en bij een pauze controleren en eventueel nieuwe skinlube aanbrengen.

 

Schoenen

Schoeisel moet aan enkele eisen voldoen. Het moet ingelopen zijn en soepel en gemakkelijk zitten, en niet te strak. De voet zwelt namelijk iets op na een tijdje lopen. Te ruime schoenen zijn funest, want dan gaat de voet schuiven. Oneffenheden aan de binnenkant of kapot binnenwerk zijn uit den boze. Dikke zolen voorkomen dat je ieder steentje voelt na een paar uur. Sportschoenen zijn heel geschikt zolang het droog blijft. Bij flinke regen of plassen krijg je echter snel natte voeten. Met doorweekte voeten ben je kansloos. Het beste kun je geruime tijd voor de wandeltocht een goed paar wandelschoenen uitzoeken.

 

Sokken

Sokken behoren droog, naad- en stoploos te zijn en goed passend. Pluisjes verwijderen. Plooien zijn funest. Harde plekken moet je door wrijven en kneden soepel maken. Reserve sokken meenemen heeft de voorkeur. Ook als je geen natte voeten krijgt is het prettig om b.v. halverwege schone sokken te kunnen aantrekken.

 

Kleding

Kleding moet gemakkelijk zitten en kunnen “ademen”. Trainingspakken zijn prima, mits niet van kunststof. Afhankelijk van de weersvoorspelling kun je extra kleding meenemen tegen de kou of de regen.

 

Wandeltempo en rusten

Wandel je eigen tempo en ga niet te hard van start. Forceer je niet en maak geen extra grote passen om met een ander in de pas te lopen. Maar loop wel door en ga niet slenteren. Rust niet te veel. Iedere twee uur een kwartier rust moet voldoende zijn met eventueel halverwege een wat langere rust. Rusten blijft echter een individuele zaak. Als je te lang rust, krijg je het koud en verstijven de spieren. Enkele minuten met de voeten omhoog is goed. Maar ga niet op de koude grond zitten. Zit je er helemaal doorheen dan kan een uur goed rusten en een stevige hap nog wel eens de oplossing zijn.

 

Eten en drinken

Probeer ieder half uur een beetje te eten en te drinken, maar steeds in kleine hoeveelheden. Neem geen alcohol en evenmin etenswaar die je normaal ook niet gebruikt. Ijs en koude dranken bij de langere tochten zijn af te raden. Een kop soep onderweg is prima, of een warme hap. Fruit is altijd goed, ook tegen de dorst. Speciaal “krachtvoer” vooraf is niet nodig. Gewoon goed blijven eten volstaat.

 

 

Terug

  • voorbereiding